Op de kop van de Müllerpier, langs de Maas, is door ontwikkelaar Blauwhoed een bouwblok uitgegeven bestemd voor zelfbouwwoningen. Han van de Born van KCAP heeft de architectonische randvoorwaarden voor het bouwblok opgesteld en de architecten begeleidt. Deze formule heeft tot een uniek architectonisch project geleid: een robuust Rotterdams bouwblok met individuele woningen.
De eerste bouwfase van 18 kavels nadert zijn voltooiing en wordt geleidelijk in gebruik genomen. Op de hoeken van het bouwblok zijn grotere kavels waar twee woningen boven elkaar zijn gebouwd. Zo ook kavel 18 oftewel Müllerhoofd 99 en 101 waarvan Marja Haring architect, mede-opdrachtgever en medebewoner is.

De opbouw van de woningen is als volgt:
Benedenwoning:
begane grond: aanleunwoning\bedrijfsruimte\guesthouse, entree en garage
1e verdieping: slaapverdieping, 2e verdieping: woonverdieping
Bovenwoning:
begane grond: entree en garage
3e verdieping: slaapverdieping, 4e verdieping: woonverdieping

Beide woningen hebben een fenominaal uitzicht over de Maas en de Parkhaven. Aan de oostzijde van het kavel wordt in de nabije toekomst Stack gebouwd: een woontoren naar het ontwerp van Conix RDBM Architects. Dit betekent dat vooral het uitzicht naar de zuidzijde belangrijk is, waar beide woningen op zijn ontworpen. Op de 2e en 4e verdieping zijn woonkamers over de volle diepte (21,50m) van het kavel. Samen met de grote glaspartijen en de bandramen ontstaat ruim zicht op de voorbij varende schepen en de stad\haven-skyline van Zuid. Door de verticale lamellen bij de bandramen, is het zicht te sturen naar de zuidzijde.
De buitenruimte van de benedenwoning bestaat uit een tuin op het zuiden en die van de bovenwoning bestaat uit een dakterras met rondom uitzicht. Met mooi weer zijn de verticaal schuivende ramen van de woonkamers te openen en wordt het woongedeelte een loggia.

Behalve dat de woningen energetisch en qua materiaalgebruik duurzaam zijn ontworpen, was ook de duurzaamheid van het gebruik een belangrijk uitgangspunt. De woningen zijn allebei lifetime-bestendig. Dat wil zeggen dat de woningen in iedere levensfase goed bewoonbaar zijn. Om dit mogelijk te maken is in de plattegronden veel flexibiliteit gecreëerd en zijn alle leeflagen gelijkvloers en per lift bereikbaar. Ook is in dit kader aandacht besteed aan de locatie en het ontwerp van de natte ruimtes. De benedenwoning heeft op de begane grond een apart toegankelijke aanleunwoning die ook als bedrijfsruimte\guesthouse in gebruik kan worden genomen.

Architect Marja Haring
Opdrachtgevers\bewoners: Marja Haring en Paul van der Heijden
Directievoerder: Boutec, Bert van den Heuvel
Aannemers: Spek(fundering), gebr. Hooghwerff(bouw), Cion Oost(afbouw)
Fotograaf: Frank Hanswijk